Kortrijk houdt de adem in: ‘Koeiekop’ wacht op nieuwe locatie in Trezoor

De Kortrijkse Veemarkt is voor veel Kortrijkzanen nog altijd de Koeienmarkt. De sculptuur van de ‘koeiekop’ wordt nu in ere hersteld. Velen zijn het wellicht al vergeten. Maar tot eind de jaren ’80 ,werd op de Veemarkt vee verhandeld en geslacht. Vooral op zondag en maandag was het erg druk. Op zondag kwamen in het station de paarden toe vanuit het buitenland (voornamelijk uit Polen en Denemarken). Ze werden langs de straten gedreven richting slachthuis. Op maandag vond de “beestenmarkt” plaats. Koeien en paarden werden er verkocht en de meeste werden zelfs ter plaatse geslacht. Op de “Koeiemarkt” waren er ook verschillende vleesgrossisten. De zaken draaiden goed en werden vaak bezegeld met een pintje in één van de vele cafés. Aan deze periode kwam een einde toen in 1986 het slachthuis werd afgebroken. Dat was nodig want het slachthuis paste niet meer op deze locatie: te klein en voldeed niet aan de Europese normen. De Koeiekop die de gevel van het slachthuis versierde werd bewaard en is deze week overgebracht naar Trezoor. Het slachthuis op de Veemarkt opende voor het eerst zijn deuren in 1859. De bombardementen in 1944 beschadigden het gebouw zwaar. In 1957 volgde de heropening van het Slachthuis met een houten markthalle met Decoenespant.

Koeiekop

In de nieuwe gevel, boven de ingang van het gebouw, werd toen een sculptuur van een “Koeiekop“ verwerkt. Dit massief beeld uit blauwe hardsteen toont het vooraanzicht van een rund. Het is zo waarheidsgetrouw mogelijk afgebeeld, maar toch niet volledig volgens de correcte proporties. Zo zijn de poten wel erg kort en de rug ongewoon groot. De horentjes op de kop van de koe zijn nu afwezig aan het beeld en dus hoogst waarschijnlijk bij de afbraak verloren gegaan. “De Koeiekop” werd ontworpen door Taeckens André (Torhout, 1909 – Brugge, 1965). Taeckens is een gewaardeerd kunstenaar op provinciaal en Vlaams niveau en kreeg verschillende onderscheidingen (Grote Prijs voor Beeldhouwkunst 1937-1938, medailletentoonstellingen te Madrid en Stockholm, Prijs Thorlet van de Franse Academie, .. ) Toen het slachthuis in 1986 werd afgebroken vond het toenmalig stadsbestuur dat deze sculptuur niet zomaar mocht verdwijnen. Ze plaatsten de Koeiekop in de tuinen van het Broelmuseum. Gelukkig maar want de Koeiekop is een stukje Kortrijkse geschiedenis waar ook de naam Veemarkt nog naar verwijst.

Wout Maddens, schepen van Bouwen en Wonen: “De Koeiekop is nu overgebracht van het Broelmuseum naar Trezoor. Het wordt volledig gereinigd en goed bewaard tot er in de toekomst een geschikte locatie voor is in de omgeving van de “Koeiemarkt” zoals de Veemakt in de volksmond nu nog steeds wordt genoemd. Waarom niet in de Slachthuisstraat of wie weet de toekomstige markthal”.

Philippe De Coene, schepen van Onroerend Erfgoed: “Toen het slachthuis in 1986 werd afgebroken vond het toenmalig stadsbestuur dat deze sculptuur niet zomaar mocht verdwijnen. Ze plaatsten de Koeiekop in de tuinen van het Broelmuseum. Gelukkig maar want de Koeiekop is een stukje Kortrijkse geschiedenis en folklore waar ook de naam Veemarkt nog naar verwijst. Met ons erfgoeddepot Trezoor hebben we nu ook een goed uitgeruste locatie om indien nodig sculpturen onder te brengen in de beste omstandigheden. We dienen overigens een aanvraag in om Trezoor te laten erkennen door Vlaanderen als een onroerend erfgoeddepot. Op vandaag herbergt Trezoor al archeologische collecties en theaterdecors van de Schouwburg die eveneens als onroerend erfgoed worden beschouwd.”