Provincie keurt bouw en exploitatie van drie windmolens (Brugge-Zuienkerke) onder voorwaarden goed
De Provincie West-Vlaanderen keurde in haar deputatiezitting van donderdag 9 september de omgevingsvergunning voor de bouw en exploitatie van drie windmolens in Brugge-Zuienkerke goed. Het betreft een gezamenlijke aanvraag van de firma’s Luminus, Elicio en W-Kracht. Aan de goedkeuring zijn enkele voorwaarden verbonden. De aanvraag werd ingediend op 18 mei 2021. Die omvat de bouw en exploitatie van drie windturbines langs de N31 op de grens tussen Brugge en Zuienkerke, in agrarisch gebied.
De meest noordelijke turbine zou worden ingepland in Zuienkerke, ten zuid-oosten van de wijk ‘Vagevuur’. De andere 2 in Brugge, ten oosten van de N31 in een zone waar zich op termijn, via het gewestelijk RUP, een stedenbouwkundige ontwikkeling kan voordoen, richting bedrijventerrein een voetbalstadion is gepland. Het gaat om windturbines met een vermogen van elk 4,8 megawatt (MW).
Adviezen en openbaar onderzoek
Diverse Vlaamse diensten brachten een gunstig advies uit (Agentschap Wegen en Verkeer, Agentschap Natuur en Bos en het Vlaamse departement Omgeving), net als de Nieuwe Polder van Blankenberge. Tijdens het openbaar onderzoek in Brugge en Zuienkerke werden vele honderden bezwaren ingediend. De bezwaren bevatten naast argumenten als geluidshinder, slagschaduw, visuele impact, en negatieve gezondheidsimpact, argumenten als aantasting van het buitengebied enz. In Zuienkerke leeft deze vrees, maar speelt vooral ook de vrij beperkte afstand van de meest noordelijke windturbine tot sommige woningen en de wijk Vagevuur mee.
Zowel de stad Brugge als de gemeente Zuienkerke hadden ook heel wat kritische bemerkingen en brachten een negatief advies uit. De stad Brugge wil bv. niet dat er aan die kant van de N31 windturbines komen. Rekening houdend met alle adviezen, bracht de Provinciale Omgevingsvergunningscommissie een gunstig advies uit.
Vergunning onder voorwaarden door de deputatie
De Provincie volgt het gunstig advies van de Provinciale Omgevingsvergunningscommissie, die alle adviezen beoordeelt en daaruit een finaal advies maakt. De deputatie meent dat, mits het respecteren van de normen zoals omschreven in Vlarem II (Vlaams Reglement betreffende de Milieuvergunning) er voldoende garanties zijn dat de hinder van deze windmolens onder controle is, zoals: maximum acht uur slagschaduw op jaarbasis in combinatie en cumulatief met maximum een half uur slagschaduw per dag. Ook de geluidsnormen liggen vast en ook kunnen altijd gecontroleerd worden.
Op vlak van de ligging benadrukt de deputatie dat windturbines enkel te verantwoorden zijn omwille van de ligging nabij de N31 en in geen geval een aanknopingspunt kunnen zijn om later dieper in de open ruimte te gaan insnijden.
Locatie met een historiek aan windmolendossiers
De locatie waar de windmolens zouden komen kent een lange historiek aan aanvragen voor windmolens. Toch zijn er een aantal relevante verschillen ten opzichte van eerdere, niet vergunde pogingen in dit gebied. Ondermeer gaat het deze keer om één globale aanvraag van drie betrokken projectontwikkelaars in plaats van dossiers in verspreide slagorde. Het zijn bovendien ook net die drie ontwikkelaars die de windmolens in de omgeving exploiteren, wat het veel eenvoudiger en eenduidiger maakt om correct om te gaan met de cumulatieve beperkingen inzake slagschaduw en geluid.