Laatste vlucht van de Alouette III. Afscheid van een legendarisch toestel

Eergisteren nam de Belgische Luchtmacht de laatste twee helikopters van het type Alouette III uit dienst. Dat gebeurt op hun thuisbasis in Koksijde. Daarmee valt het doek over ruim 50 jaar operationele inzet. Een derde toestel van de Alouette III-vloot bleef al in augustus vorig jaar definitief aan de grond. Dat toestel kreeg ondertussen zijn stek op de Campus Saffraanberg (Sint-Truiden) waar het fungeert als didactisch materieel bij de opleiding van toekomstige technici voor Defensie. De toestellen die nu vertrekken gaan deel uitmaken van de museumcollectie van het War Heritage Institute Museum. Eén toestel zal tentoongesteld worden in Beauvechain. Het andere gaat naar het museumdepot in Landen.

De Alouette III helikopters kunnen bogen op een indrukwekkende staat van dienst. Ze scheepten sinds hun ingebruikname in 1971 regelmatig in aan boord van de commando- en logistieke steunschepen van de Marine voor het vervullen van ondersteunende logistieke en tactische missies. Later volgden ook inschepingen op de multifunctionele fregatten, zoals tijdens anti-piraterijmissies in de Hoorn van Afrika. Ze namen, gestationeerd aan boord van Nederlandse marineschepen, ook succesvol deel aan verschillende counter-drugoperaties in de Caraïben. Daarnaast
voerden deze helikopters ook reddingsoperaties en medische evacuaties uit en namen ze deel aan anti-pollutie opdrachten boven de Noordzee.

De Marine nam op 25 juni in Zeebrugge de BNS GODETIA, waarmee deze helikopters vaak een tandem vormden, uit de vaart. Eén van de helikopters was tot dan ingescheept tijdens de laatste operationele opdracht van het commandoschip. SA.316B Alouette III is een multi-role lichte transporthelikopter ontworpen en gebouwd door Aerospatiale (nu onder de naam Eurocopter bekend).

In 1971 werden drie Sud Aviation SA316B Alouette III helikopters aangeschaft voor de Belgische Marine voor gebruik als bevoorradingsvliegtuigen voor schepen op zee. Ze werden hoofdzakelijk ingezet op het bevoorradingsschip A960 Godetia (in het verleden ook op de nu buiten dienst gestelde A961 Zinnia), en op het fregat Leopold I.

De “Navy flight” of door de meesten kortweg “de Flight” genoemd ontstond op 1 april 1971 en bestond in eerste instantie vooral uit oudgedienden van de mixed Siko gemeenschap. De keuze voor de Alouette III werd ingegeven door de geringe afmetingen van het landingsdek van de commando- en logistieke steunschepen
Godetia en Zinnia. De eerste twee toestellen, OTZPA en OTZPB, komen aan te BKoks op 18 maart 1971 gevolgd door de OTZPC op 29 april 1971.

De flight bestond uit een twintigtal mensen. Personeel van het 40ste en van de sectie maintenance stonden samen in om alle operationele en technische taken van de Alouette III uit te voeren. Hoofdopdracht was vooral logistieke steun verlenen aan de vloot van de marine.

De drie helikopters (Marine Flight) ressorteerden aan het 40ste Squadron van de Belgische Luchtmacht, maar werden onderhouden en gevlogen door personeel van zowel de Marine als de Luchtmacht. Sinds 2004 waren de drie helikopters volledig geïntegreerd binnen de Belgische Luchtcomponent.

Vanaf de jaren ’90 hebben de Alouettes veel gevarieerde missies uitgevoerd ter bescherming van internationale vloten en onze mijnenjagers. Het personeel heeft onder andere deelgenomen aan de bestrijding van drugs en mensenhandel, controleerden wapenembargo’s en bestreden piraterij. De flight heeft ook
deelgenomen aan de escorte van het vliegdekschip Charles de Gaule.

Tijdens deze 50 dienstjaren heeft de flight aldus deelgenomen aan tal van oefeningen en operaties. En in al deze jaren blijkt de betrouwbaarheid van de Alouette uit het kleine aantal ongevallen. Hierbij waren nooit gekwetsten en ging er geen enkel toestel
verloren. Hier mogen we alle personeel bedanken die gedurende die vele jaren op een professionele manier heeft bijgedragen. Nu zijn we op het einde gekomen van een mooi verhaal en krijgen de toestellen een laatste verblijf. Strak worden ze overgebracht naar EBBE en Landen (stockage ruimte Leger museum) waar ze in de toekomst een plaats krijgen in musea.