Groen vzw vraagt Brugs stadsbestuur en voetbalclubs voor behoud van 214 ha poldergronden
Groen vzw heeft een ongunstig advies ontvangen van de auditeur bij de Raad van State dat eerder betrekking heeft op juridische spitsvondigheden dan op inhoudelijke elementen. Groen roept de Stad regelmatig op – niet enkel in dit dossier – om spaarzaam om te gaan met haar leef- en woonruimte. Immers, het hoeft geen betoog dat Vlaanderen niet enkel in het verleden maar ook nog vandaag op vlak van ruimtelijke ordening meer dan eens de bal volledig mis sloeg en slaat. De vereniging trekt volop de kaart voor het behoud van natuur voor huidige en toekomstige generaties. Groen vzw staat voor een duurzame samenleving waarbij zij de dialoog met de Stad en haar bewoners aangaat op basis van feitelijke argumenten.
Groen vzw droomt van een ruimtelijke planning waarbij vanaf de start diverse belanghebbenden of actoren mee aan tafel worden gevraagd en er op basis van consensus, en met respect voor elkaars visie, breed gedragen beslissingen genomen worden. Hierbij primeert voor de vzw het maatschappelijke belang boven dat van het individu. De vereniging voelt aan dat zij bij het tot stand komen van de plannen in dit dossier eigenlijk helemaal niet gehoord werd. Zij meent dat de logica en de billijke afweging tussen maatschappelijke belangen en commerciële belangen in dit dossier volledig zoek is, en zij maakt gebruik van het recht om gehoord te worden.
Misschien is het voor weinig mensen duidelijk dat het Brugse GRUP-dossier de eindbestemming van een totale oppervlakte omvat van 214 ha. Deze oppervlakte varieert van de beste poldergronden voor het uitoefenen van (korte keten)landbouw (deelgebied Blankenbergse Steenweg), tot de mooiste maar waterzieke natuurgebieden die gekenmerkt worden door een unieke fauna en flora (deelgebieden de Spie en Chartreuse). Veel wordt verhoopt van een kringloopeconomie als dé oplossing voor veel ernstige problemen waar wij vandaag tegen aan kijken. Voor Groen vzw is het dan ook duidelijk dat de ruimte aan het Jan Breydel stadion het best kan dienen om te recycleren, te renoveren en/of te pimpen tot een ‘wow’ stadion.
Bouwgronden in Brugge zijn schaars, in contrast tot de situatie in sommige andere steden in Vlaanderen. Elke resterende open plek wordt er door bouwpromotoren met haviksogen geviseerd. Groen vzw is dan ook van oordeel dat het huidige streven van de Stad om twee voetbalstadions te realiseren op twee verschillende locaties een buitensporige verkwisting van de ons nog resterende open ruimte is. Groen vzw verwondert er zich eveneens over dat weinigen zich vragen stellen over de geplande auto-locatie van een nieuw stadion, op 5 km van het centrum van Brugge. Deze locatie ligt totaal buiten de Brugse woonkern en is, in tegenstelling tot de Ghelamco Arena in Gent, voor de meeste jongeren en volwassenen buiten een aanvaardbare fietsradius gelegen. Vele hectaren akker- en weiland moeten dan ook in de planning opgeofferd worden aan talloze parkeerplaatsen. De vzw vraagt zich bekommerd af of dit overeenstemt met het streven naar een duurzame mobiliteit van de Stad en ons Vlaamse land. Met de omzetting van landbouwgrond in parkeerplaatsen en een stadion neemt de betonnering ontegensprekelijk toe. Onvermijdelijk volgt dan de bedenking of de waterhuishouding van het gebied inderdaad een onbenullig probleem is, en dit in tijden van extreme droogte of drassige natheid van de kleigronden aan de Blankenbergse Steenweg. De zandgronden waar de rest van Brugge op ligt vertonen een totaal ander gedrag naar wateropname en afloop. Groen vzw betreurt dat de auditeur geen rekening heeft gehouden met de maatschappelijke noodzaak zuinig om te springen met de open ruimte. Gelukkig maakt het duurzamer alternatief van de renovatie van Jan Breydel (of eventuele nieuwbouw op dezelfde site) toch nog een kans.
Voor Groen vzw,
Erik Ver Eecke, voorzitter